GIGOS Spotlights Coördinatoren
Sylvia is coördinator in Waterschei. Na haar stage bleef ze intussen al elf jaar plakken bij GIGOS. Hanne werd na een loopbaan van twintig jaar als jeugdwerker, coördinator in Winterslag. Sylvie is al 23 jaar in dienst, waarvan ze dertien jaar de werking in Genk-Zuid (Kolderbos, Vlakveld, Termien) coördineert. Alessandro werkt al tien jaar bij GIGOS en ontfermt zich over de wijk Zwartberg en Nieuwe Kempen. Celine werkt iets meer dan anderhalf jaar als coördinator in Sledderlo, na enkele jaren jeugdwerk.
Jullie zijn allemaal ooit zelf – kortstondig of erg lang – actief geweest als jeugdwerker. Dat is wellicht geen toeval?
“Nee, en eigenlijk denken we vaak nog steeds vanuit dat oogpunt. We zitten dan ook niet afgezonderd op een bureau, maar helpen vaak in de werking. Soms springen we in als er iemand ziek is, en tijdens de zomerwerking draaien we ook voltijds mee. Het is heel belangrijk om de voeling te behouden met de wijk en de doelgroep. Alleen zo weet je wat er leeft.”
Enkele coördinatoren hebben al heel wat dienstjaren op de teller. Blijft iedereen zo lang?
“Nee hoor. Als je hier begint, kan het twee kanten op: ofwel vertrek je heel snel, ofwel blijf je plakken. Dit is een job waar je veel voldoening uithaalt, maar die ook veel van je vergt. Iemand die nooit jeugdwelzijnswerk heeft gedaan, weet niet wat te verwachten. Het ligt je, of het ligt je niet. Dat is moeilijk op voorhand in te schatten, maar het wordt snel duidelijk.”
Jeugdwelzijnswerk ligt je, of het ligt je niet. Dat wordt snel duidelijk.
Wat is volgens jullie de sleutel tot succes in jeugdwelzijnswerk?
“Eigenlijk moet het een passie zijn, en moet je de job echt met je hart doen. Jeugdwerk vergt flexibiliteit. Soms draai je late uren, het is geen nine-to-five job. Dat kan je enkel volhouden als je het graag doet en er energie van krijgt. Het is een engagement op lange termijn. Hier kan je niet starten vanuit de gedachte: ik ga dit een jaartje doen. Het doel is tenslotte een vertrouwensband opbouwen met de jongeren. Ook de sfeer binnen GIGOS en de band met de collega’s is heel uniek: we zijn één grote familie.”
In welke zin is de werking van GIGOS volgens jullie zo bijzonder?
“Veel jobs in de sociale sector werken met tijdelijke trajecten. Bij GIGOS komen we in iemands leven en blíjven we daarin verweven. We laten onze jongeren niet los, dat is heel belangrijk. Zo kan je echt het verschil maken. De band die je opbouwt met de kinderen en de gezinnen is heel speciaal. We bieden een veilige plek waar de jongeren zichzelf kunnen zijn en hun talenten ontwikkelen, maar werken ook preventief. Je merkt het snel als er iemand in de problemen zit. Of gaat geraken. Zo kan je soms verhinderen dat hij of zij zich dieper in de nesten werkt. Daarvoor moet je de jongeren heel goed kennen.”
Wat vinden jullie zelf het mooiste aspect aan jeugdwelzijnswerk?
“GIGOS wordt je tweede thuis, het is zoveel meer dan een job. Het voelt niet als werken, en de afwisseling en sociale contacten maken het heel boeiend. Je bent actief op zoveel verschillende domeinen: onderwijs, wijkniveau, gezinscontext, tewerkstelling, af en toe justitie, … Je kan telkens iets concreets vastpakken en aan de slag gaan. Er is geen routine, integendeel: er is chaos, leven in de brouwerij. En er komen altijd onverwachte dingen op je af.”
Hebben jullie een vaste aanpak of verschilt die van wijk tot wijk?
“Die kan heel erg verschillen, want elke buurt heeft een ander karakter en eigen noden. Het is belangrijk dat je vanuit verschillende hoeken naar de doelgroep kunt kijken. Op die manier kan je écht op maat werken en inspelen op de behoeftes. Wij stemmen daar onze werking volledig op af. Zo vind je bijvoorbeeld in Kolderbos veel flatgebouwen, waar de mensen erg dicht op elkaar leven. Het is belangrijk om die kinderen zo veel mogelijk de kans te geven om zich in de buitenlucht uit te leven.”
Koesteren jullie nog specifieke ambities?
“Heel veel! We willen nog wat vaker leeftijds-overschrijdende projecten doen en nóg meer inzetten op talentontwikkeling. We horen nog te vaak van jongeren ‘ik kan niks’, omdat ze het gevoel hebben dat ze van nature ergens goed in moeten zijn. Wat uiteraard zo goed als onmogelijk is. We willen nog sterker de boodschap overbrengen dat het veel belangrijker is om energie te krijgen van hetgeen je doet. Dat ‘goed worden’ volgt wel.”
Jullie hebben ongetwijfeld een enorme evolutie meegemaakt op gebied van digitalisering. Is het moeilijk om te gaan met de alomtegenwoordige smartphone en iPad?
“Toegegeven, het is een uitdaging en er moet vaak flink onderhandeld worden om de smartphones aan de kant te krijgen. Maar het is ook belangrijk dat we meegaan met de evoluties. Het is nu eenmaal het communicatiemiddel van de jeugd, je kan dat niet verwerpen. Intussen zijn papieren flyers en strookjes met uitnodigingen voor events niet meer nodig, we doen alles via Whatsappgroepen. We hebben Snapchat, en tijdens de coronaperiode oefenden we mee op dansjes voor TikTok. We zijn dus helemaal mee.”
Krijgen jullie veel dankbaarheid van de jongeren?
“Enorm veel, en dat is prachtig! De kleine kinderen komen vaak af met tekeningen, de oudere jongeren doen af en toe uitspraken die enorm raken. Soms komen we iemand tegen van vroeger, die ons dan bedankt omdat we er altijd waren. Intussen zijn er een aantal kinderen waarvan de ouders destijds ook naar onze werking kwamen. Het is heel mooi om te zien dat – hoe hard je soms ook gevloekt hebt – je toch het verschil hebt kunnen maken. Nu ze zelf kinderen hebben, snappen ze ook waarom je destijds al eens streng moest zijn!”
We blijven in hun leven verweven. Dat is vrij uniek.
Het verhaal van de coördinatoren is ook in posterformaat beschikbaar, dit vind je hieronder terug.
Download het verhaal hier